In de literaire wereld van Frankrijk heeft lange tijd onenigheid bestaan over de vraag door wie en wanneer het eerste Franse sonnet werd geschreven. Het was duidelijk een product van de Renaissance, de tijd waarin het opkomende Frankrijk veel importeerde uit het cultureel meer ervaren Italië. Het bekendste voorbeeld is natuurlijk de Mona Lisa die Leonardo da Vinci meebracht toen hij naar Frankrijk verhuisde. Maar er was meer. Vooral de bewondering voor de Italiaanse dichters bevorderde de ontwikkeling van de Franse poëzie. Men werd gegrepen door de gedachte dat niet langer het Latijn alleenzaligmakend was, maar dat ook de eigen volkstaal geciseleerd kon worden tot een voertuig voor verheven gedachten. Dat leidde onder meer tot de introductie van de sonnetvorm, die Petrarca en Dante beroemd hadden gemaakt. Veertien regels, twee kwartrijnen en twee terzinen, strikte regels voor het rijmschema, het is een vorm die sindsdien de eeuwen heeft getrotseerd en vrijwel alle dichters heeft uitgedaagd. Daarnaast werd ook het middeleeuwse rondeel nog steeds beoefend.